Ontdekking van een nieuw perzikallergeen

juni 2023 EAACI 2023 Diede Smeets
Maria Angeles Lopez-Matas

Perzikallergie is een van de meest prevalente voedselallergieën in Europa, met name in het Middellandse Zeegebied. Op dit moment zijn er zeven perzikallergenen bekend, maar niet alle gevallen van perzikallergie kunnen verklaard worden door sensitisatie tegen een van deze allergenen. Tijdens EAACI 2023 werden de resultaten van een studie naar de ontdekking van nieuwe perzikallergenen gepresenteerd door dr. Maria Angeles Lopez-Matas (R&D Allergy & Immunology Unit, LETI Pharma SLU, Madrid, Spanje).

Tot op heden zijn er zeven perzikallergenen beschreven: Pru p 1 (PR-10-eiwit), Pru p 2 (thaumatine-achtig eiwit), Pru p 3 (niet-specifiek LTP), Pru p 4 (profiline), Pru p 7 (Gibberelline-gereguleerd eiwit), Pru p 9 (PR-1-eiwit) en Pru p 10 (polygalacturonidase). Sommige patiënten met een consistent geobserveerde perzikallergie lijken echter niet gesensitiseerd voor een van deze zeven bekende allergenen. In de huidige studie werd onderzocht of er wellicht andere allergenen betrokken kunnen zijn bij perzikallergie.

Studieopzet

De medische dossiers van pediatrische patiënten onder verdenking van perzikallergie werden geanalyseerd. Daarbij werden verschillende gegevens uit de allergietesten verzameld:

  • De resultaten van de huidpriktest (‘skin prick-test’, SPT) met commercieel verkrijgbare perzikschil en –pulp, gezuiverd LTP, profiline en berkenpollen.
  • De resultaten van de prik-priktest met verse perzikschil en -pulp.
  • De metingen van specifiek IgE gericht tegen compleet perzikextract, Pru p 1, Pru p 3, Pru p 4 en Pru p 7.

Resultaten

In totaal werden 42 patiënten geïncludeerd, waarvan 20 mannen en 22 vrouwen. De mediane leeftijd van de deelnemers was 11,0 jaar (interkwartielbereik: 7,0-16,5 jaar). Bijna de helft van de deelnemers (47,6%) had atopische dermatitis, 40,5% had rinoconjunctivitis en 14,3% had astma. De eerste reactie vond bij 35,7%  van de patiënten plaats na blootstelling aan perzikschil, bij 23,8% na blootstelling aan perzikpulp en bij 38,1% vond de reactie plaats na blootstelling aan een combinatie van perzikschil en –pulp. Twaalf patiënten vertoonden anafylaxie. IgE-moleculen tegen perzikextract werden gevonden bij 35 patiënten, 32 waren positief tegen Pru p 3, 4 tegen Pru p 4, 4 tegen Pru p 7 en 2 tegen Pru p 1.

Bij 22 (52,4%) van de patiënten werd via immunoblotting een band op de gel gezien die correspondeerde met een molecuul van 70 kDa. Deze band werd niet eerder gezien bij onderzoek naar perzikallergenen. De band bleek na vloeistof/massaspectometrie te bestaan uit twee isovormen van (R)-mandelonitrile lyases (RML). De aminozuursequentie van dit molecuul komt voor 75% overeen met het amandelallergeen Pru du 10. Ook de voorspelde 3D structuur van RML komt grotendeels overeen met de structuur van Pru du 10 (zie Figuur 1).

FIGUUR 1. Vergelijking van de 3D-structuren van Pru du 10 en perzik RML.

Conclusie

In deze studie is een nieuw perzikallergeen ontdekt, met een moleculair gewicht van 70 kDa en een prevalentie van 52,4% bij de onderzochte patiënten. Het allergeen komt qua aminozuursequentie en 3D-structuur overeen met Pru du 10, een amandelallergeen. Dit nieuw ontdekte perzikallergeen kan mogelijk bijdragen aan toekomstige perzikallergiediagnoses.  

Referentie

Vílchez-Sánchez F, et al. Sensitization to a new peach 70 KDa allergen. Gepresenteerd tijdens EAACI 2023; poster TP-B14.