Longpatiënten die regelmatig gebruik maken van inhalatiemedicatie worden soms zonder medische aanleiding opeens op andere medicijnen gezet, en dat leidt vaak tot klachten en twijfels bij de patiënten. Nieuwe afspraken over het verantwoord wisselen van inhalatiemedicijnen moeten dat voortaan verhinderen. De afspraken zijn gemaakt door Longfonds, Patiëntenfederatie Nederland, Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), Landelijke Huisartsenvereniging (LHV), de Nederlandse Vereniging van Artsen voor Longziekten en Tuberculose (NVALT), Apothekersorganisatie KNMP en Zorgverzekeraars Nederland. Michael Rutgers, scheidend voorzitter van Longfonds is blij. “Deze afspraken moeten ervoor zorgen dat mensen met een longziekte niet onnodig geconfronteerd worden met een ongewenste wissel van medicijnen.”
Regelmatig wisselen van inhalatiemedicijnen op niet-medische gronden leidde de afgelopen jaren tot klachten en vragen van mensen met een longziekte. De afspraken die zijn gemaakt moeten onnodige verwarring en onduidelijkheid aan de balie van de apotheek voorkomen. Als er tóch wisselingen plaats moeten vinden, bijvoorbeeld bij een tekort van een medicijn, dan moeten patiënten hierin goed worden begeleid. De werkafspraken zijn vastgelegd in een aanvullend document op de Leidraad Verantwoord Wisselen van medicijnen die artsen, apothekers en zorgverzekeraars gebruiken.
Longfonds is blij met deze mijlpaal waarvoor zij zich al jaren enorm heeft ingezet. Voorzitter Michael Rutgers: “Deze afspraken moeten ervoor zorgen dat mensen met een longziekte niet onnodig geconfronteerd worden met een ongewenste wissel van medicijnen. Het gebeurt regelmatig dat patiënten hier veel last van hebben. Ze zijn benauwder en voelen zich zieker. Ook maakt het overzetten naar een ander medicijn patiënten onzekerder en ze weten niet altijd hoe ze het nieuwe medicijn of de nieuwe puffer moeten gebruiken. Met als gevolg dat ze hun medicijnen minder trouw en verkeerd gebruiken. Dit willen we absoluut voorkomen en juist daarom is het zo belangrijk dat deze afspraken er zijn.”
Ongewenst wisselen van inhalatiemedicijnen komt vaak voor. Ruim 40% van de mensen met een longziekte die meedeed aan de jaarlijkse Nivel Longmonitor geeft aan dat zij in het afgelopen jaar één of meer keer gewisseld zijn van medicijn. De belangrijkste reden die wordt gegeven is dat het medicijn niet meer wordt vergoed door de zorgverzekeraar. Andere redenen zijn dat het medicijn niet meer goed werkte of niet meer verkrijgbaar was.
De belangrijkste werkafspraken die zijn gemaakt gaan over het wisselen van inhalatiemedicijnen om niet-medische redenen voor bestaande patiënten. Zorgverzekeraars en apothekers mogen maximaal één keer in de vier jaar wisselen van inhalatiemedicijnen bij patiënten. Zij hoeven zich niet te houden aan deze afspraak als:
Heeft de arts besloten dat er sprake is van een medische noodzaak (M.N.)? Dan schrijft hij dit op het recept en mag er niet gewisseld worden.
Als er desondanks toch wisselingen nodig zijn, dan moet dit gebeuren in overleg met de patiënt en met goede begeleiding. Zo mag een patiënt verwachten dat de arts en/of apotheker uitleg geeft over de wisseling en dat er duidelijke voorlichting is over het gebruik van het nieuwe inhalatiemedicijn. Denk aan een instructiefilmpje, een mondelinge en schriftelijke uitleg, demonstratie van een nieuwe inhalator door de arts/ apotheker en oefenen met een lege oefenpuffer. Iedere patiënt krijgt minimaal één keer per jaar een herhaalinstructie en inhalatiecontrole aangeboden om het medicijn goed te blijven gebruiken.
Bron