Het gebruik van digitale inhalatoren voor de behandeling van astma kan helpen bij het maken van klinische beslissingen doordat data over het gebruik van de inhalator inzichtelijk wordt gemaakt. Recent verscheen er in The Journal of Allergy and Clinical Immunology: In Practice een publicatie over de CONNECT1-studie die het gebruik van digitale inhalatoren bij astma onderzocht.
De albuterol Digihaler is een digitale inhalator die gebruikt wordt voor de toediening van 90 µg albuterol per dosis. Deze Digihaler verzendt draadloos data naar een applicatie voor slimme apparaten, welke met een digitaal gezondheidsplatform synchroniseert. Dit platform verstuurt de data naar een online ‘dashboard’ en slaat deze daar op. Gezamenlijk maken deze componenten het Reliever Digihaler System (RDS), waarmee zowel de patiënt als de zorgmedewerker inzicht vkrijgt in het gebruik van de inhalator en in de kwaliteit van de inhalatie. Het doel van de CONNECT1-studie was om de werkzaamheid van RDS te demonstreren in vergelijking met de zorgstandaard.
De CONNECT1-studie duurde 12 weken en includeerde deelnemers van 13 jaar en ouder waarbij de astmacontrole suboptimaal was (ACT-score <19). De deelnemers werden gerandomiseerd toegewezen aan RDS of het gebruik van een reguliere albuterolinhalator (zorgstandaard). De zorgmedewerkers werden bij de start van de studie aangeraden om de inhalatiedata van elke deelnemer minstens een keer per week te controleren.
De primaire uitkomst van de studie was de proportie van de deelnemers die een klinisch betekenisvolle verbetering in astmacontrole wist te bereiken. Dit was het geval wanneer op week 12 een ACT-score ≥20 werd bereikt en/of er sinds baseline een toename in de ACT-score van ≥3 eenheden werd geobserveerd.
Het gebruik van RDS (n=167) bleek na 3 maanden tot een 85,3% hogere kans op klinisch betekenisvolle verbetering van astmacontrole te leiden dan de zorgstandaard (n=166; oddsratio: 1,33; 95%-BI: 0,813-2,050). In de RDS-groep werden meer interacties met een zorgmedewerker gerapporteerd omwille van incorrect gebruik van de inhalator (oddsratio: 2,00; 95%-BI: 1,013-3,416). De informatie afkomstig van het dashboard leidde in de RDS-groep tot 85 interacties tussen patiënt en zorgmedewerker, waarvan 32 (37,6%) het resultaat waren van toegenomen SABA-gebruik.
Bijwerkingen kwamen in vergelijkbare mate voor bij beide patiëntgroepen: 28 patiënten in de RDS-groep versus 26 patiënten in de zorgstandaardgroep ervoeren minstens één bijwerking tijdens de studie. Er werden geen bijwerkingen gerapporteerd gerelateerd aan de inhalator zelf. Daarnaast werden er geen bijwerkingen geobserveerd die tot uitval uit de studie leidde.
Deze studie toont aan dat het gebruik van een digitale inhalator met bijbehorend data-verwerkingssysteem en weergave via een online dashboard de kans op astmacontrole vergroot in vergelijking met een normale inhalator. Het verdere klinische potentieel van dit soort digitale inhalatoren voor de behandeling van astma moet in de toekomst verder worden onderzocht.
Referentie