NTvAAKI - jaargang 24, nummer 3, augustus 2024
dr. H.L. Leavis , dr. J.M. van den Berg , dr. D. Berghuis , dr. G.J. de Bree , dr. E.P. Buddingh , dr. M. Bulatović-Ćalasan , dr. V.A.S.H. Dalm , prof. dr. P.M. van Hagen , dr. D. Hamann , dr. S.S.V. Henriet , drs. E.P.A.H. Hoppenreijs , dr. M.H.A. Jansen , prof. dr. T.W. Kuijpers , drs. G.E. Legger , dr. J.M. van Montfrans , dr. K. Mulders-Manders , drs. J. Potjewijd , dr. A. Rutgers , dr. E.H. Schölvinck , prof. dr. F.L. van de Veerdonk , dr. C.L. Vermont , dr. G.T.J. van Well
Abatacept is een potent anti-inflammatoir medicijn. Voor de behandeling van reumatoïde artritis, artritis psoriatica en juveniele idiopathische artritis is de effectiviteit en veiligheid in gerandomiseerde gecontroleerde trials inmiddels goed onderzocht. Als behandelaren van patiënten met zeldzame inflammatoire ziekten zien wij voor patiënten met een deficiëntie van CTLA4 en andere zeldzame afweerstoornissen waarbij effectiviteit aannemelijk is, met name bij refractaire ziekte, een harde indicatie voor behandeling met abatacept. Bij deze patiëntengroepen ontbreken gerandomiseerde, gecontroleerde trials, en zijn industrie- of onderzoekergedreven studies niet haalbaar. Daardoor blijft de vergoeding voor abatacept en andere gerichte medicatie voor veel patiënten achter bij de snelheid van wetenschappelijke ontwikkelingen. Een vergoeding voor de behandeling met abatacept bij patiënten met een monogenetische en refractaire inflammatoire ziekte is noodzakelijk, om ook deze patiënten de best mogelijke behandeling te kunnen bieden.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2024;24(3):102–5)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 24, nummer 3, augustus 2024
dr. E.P. Buddingh , dr. J.M. van den Berg , dr. D. Berghuis , dr. G.J. de Bree , dr. M. Bulatović-Ćalasan , dr. V.A.S.H. Dalm , prof. dr. P.M. van Hagen , dr. D. Hamann , dr. S.S.V. Henriet , drs. E.P.A.H. Hoppenreijs , dr. M.H.A. Jansen , prof. dr. T.W. Kuijpers , dr. H.L. Leavis , drs. G.E. Legger , dr. J.M. van Montfrans , dr. K. Mulders-Manders , drs. J. Potjewijd , dr. A. Rutgers , dr. E.H. Schölvinck , prof. dr. F.L. van de Veerdonk , dr. C.L. Vermont , dr. G.T.J. van Well
JAK-remmers zijn nieuwe, krachtige anti-inflammatoire middelen. Voor patiënten met relatief veel voorkomende inflammatoire aandoeningen zoals reumatoïde artritis en ‘inflammatory bowel disease’ is de effectiviteit en veiligheid van deze middelen in gerandomiseerde gecontroleerde trials inmiddels goed onderzocht. Als behandelaren van patiënten met zeldzame afweerstoornissen en auto-inflammatoire aandoeningen zien wij voor patiënten met een primaire verstoring van de JAK-STAT-‘pathway’ en/of een verhoogde signalering van cytokines via de JAK-STAT-‘pathway’ een harde indicatie voor behandeling met een JAK-remmer. Bij patiënten met dit soort zeer zeldzame immunologische of inflammatoire aandoeningen zijn gerandomiseerde, gecontroleerde behandeltrials niet, of slechts met buitengewoon veel inspanning mogelijk. Daardoor blijft de vergoeding voor deze middelen voor veel patiënten achter bij de snelheid van de wetenschappelijke en klinische ontwikkelingen. Vergoeding voor de behandeling met JAK-remmers van patiënten met een auto-inflammatoire aandoening of een zeer zeldzame andere immunologische aandoening waarbij een verhoogde JAK/STAT-signalering in de pathofysiologie een rol speelt, is noodzakelijk om alle patiënten de best mogelijke behandeling te kunnen bieden.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2024;24(3):97–101)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 23, nummer 3, september 2023
dr. J.G.M.C. Damoiseaux , dr. J.J.B.C. van Beers , drs. J. Potjewijd
De historie van antineutrofiele cytoplasmatische antistoffen (ANCA) begint met de associatie met glomerulonefritis en wordt vervolgd met het aantonen dat ANCA een pathogene rol spelen in ANCA-geassocieerde vasculitis (AAV). Waar ANCA aanvankelijk werden aangetoond met een indirecte immuunfluorescentie (IIF)-test, heeft de ontdekking van de auto-antigenen, te weten myeloperoxidase en proteïnase 3, geresulteerd in een evolutie in ANCA-testen, waardoor de huidige antigeenspecifieke immuno-assays betere testkarakteristieken hebben dan de oorspronkelijke IIF-test. ANCA hebben hierdoor niet alleen reeds lange tijd een plaats verworven in de diagnostiek, maar recentelijk ook in de classificatie van AAV. De interpretatie van de testresultaten kan in de nabije toekomst worden vereenvoudigd door rapportage in de vorm van ‘likelihood ratios’ voor testresultaatintervallen. De rol van ANCA in het opvolgen van patiënten blijft vooralsnog echter een punt van discussie en behoeft verder onderzoek.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2023;23(3):78–85)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 23, nummer 1, maart 2023
drs. E. Vanhoof , dr. M. Slot , drs. M. Busch , dr. P. van Paassen , drs. J. Potjewijd
Aortitis is een inflammatie van de aortawand en kan zowel een infectieuze als niet-infectieuze etiologie hebben. Deze vaatontsteking behoeft vroegtijdige behandeling, zodat levensbedreigende complicaties zoals aneurysmata kunnen worden voorkomen. Hierin dient onderscheid te worden gemaakt tussen de verschillende inflammatoire oorzaken, met veelal een verschillende immunopathogenese en behandeling. In dit artikel worden 4 patiënten besproken met een niet-infectieuze aortitis en wordt kort ingegaan op de pathogenese en de behandelmogelijkheden.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2023;23(1):29–34)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 22, nummer 1, februari 2022
drs. J. Potjewijd
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2022;22(1):36)
Lees verderNTvAAKI - jaargang 21, nummer 3, september 2021
dr. M.H.M. Diekstra , dr. C. Mestres Gonzalvo , dr. B. Rutgers , drs. J. Potjewijd
In Nederland zijn jaarlijks ruim 600.000 gevallen van een norovirusinfectie. Voor immuungecompromitteerde patiënten is het beloop bij het norovirus vaak ernstig en gaat gepaard met langdurige symptomen. ‘Common variable immunodeficiency’ (CVID) is de meest voorkomende primaire immuundeficiëntie bij Europeanen. Het ontstaan ervan is niet geheel duidelijk. Van de huidige kennis over het norovirus en CVID-enteropathie is een goed overzicht, maar de aangewezen behandeling is nog onduidelijk. Privigen is een normaal humaan immuunglobuline voor intraveneus gebruik en is niet geregistreerd voor orale toepassing. Bij ernstige symptomen van het norovirus bij CVID-enteropathie, waarbij andere behandelingen onvoldoende effect hebben, kan een behandeling met orale immuunglobulinen worden overwogen. Toepassing van orale immuunglobulinen wordt onderbouwd door bevindingen in casusbeschrijvingen, maar het bewijs hiervoor is flinterdun en verder onderzoek zal de effectiviteit moeten bevestigen. Toekomstig onderzoek moet zich richten op een grotere kennis van norovirusbiologie en op doelgerichtere behandeling.
(NED TIJDSCHR ALLERGIE, ASTMA, KLIN IMMUNOL 2021;21(3):104-9)
Lees verderTo provide the best experiences, we and our partners use technologies like cookies to store and/or access device information. Consenting to these technologies will allow us and our partners to process personal data such as browsing behavior or unique IDs on this site and show (non-) personalized ads. Not consenting or withdrawing consent, may adversely affect certain features and functions.
Click below to consent to the above or make granular choices. Your choices will be applied to this site only. You can change your settings at any time, including withdrawing your consent, by using the toggles on the Cookie Policy, or by clicking on the manage consent button at the bottom of the screen.